Mijn lijst met blogs

zaterdag 18 maart 2017

Van de paus en de non




De katholieke lezer hoeft zich geen zorgen te maken. In dit hoofdstukje zal ik het niet hebben over het bedleven van de paus (of de non). Er mag worden aangenomen dat de haastige schrijver van het krantenartikel evenmin een toespeling maakte op de bedgeheimen van de kerkvader. 
Het Nederlands is niet steeds een gemakkelijke taal. Gelukkig wordt dat ruimschoots goedgemaakt door de grap die achter veel haastige taalfouten verborgen zit. 

Je weet: er mag geen spatie komen tussen non en actief.
Weet je ook waarom er een streepje moet staan?

De regels voor het aan elkaar of van elkaar schrijven van woorden (en voor het gebruik van het liggend streepje) zijn complex. In volgende hoofdstukken zal ik ze zoveel mogelijk bespreken. 
Dit mag je echter al onthouden:

Wanneer we in onze taal nieuwe woorden maken met andere woorden of woorddelen, dan hangen we die woorden of woorddelen doorgaans aan elkaar.

Dat geldt ook voor 'vreemde' voorvoegsels.
Om die reden schrijf je:

brutoloon
privébezit
antikapitalistisch
propolitiek
vicevoorzitter

Een beperkt aantal voorvoegsels wordt echter steeds gevolgd door een koppelteken.

Ik som ze even op:

Het woord niet en gelijkaardige woorden:
niet, non, bijna, oud, ex

niet-roker
non-actief
bijna-dokter
oud-leerling
ex-werknemer

Het woord sint:

Sint-Niklaas

Een beperkt groepje woorden dat een werkverhouding uitdrukt, waaronder:
leerling, assistent, stagiair, kandidaat, adjunct, collega, meester, chef

leerling-verpleegkundige
assistent-arts
adjunct-adviseur
meester-opzichter
chef-kok

Dit onthoud je:
  • Naar verluidt is er niets gaande tussen de paus en de non.
  • Na het woord non in de betekenis niet komt er een streepje.

















1 opmerking: